Heleen en haar man zijn twee keer in één jaar tijd door het oog van de naald gekropen. Eerst stond hun huis in brand en konden ze ternauwernood ontsnappen. Een aantal maanden later was koolmonoxide de boosdoener. Heleen zegt: “Het heeft een enorme impact op ons gehad. De tweede keer hebben melders ons leven gered.”
Heleen sliep slecht op 30 november 2017. “Ik had de avond ervoor een vreemde lucht in ons huis geroken die ik niet kon plaatsen. Het voelde niet goed en ik voelde mij daarom niet op mijn gemak.” Heleen en haar man ontdekten de oorzaak niet en zijn gaan slapen. Vroeg in de ochtend moest Heleen naar het toilet. Toen ze de gang in liep, zag ze direct dat het goed mis was. “Heel de gang stond vol met rook. Ik zag geen hand voor ogen. Ik waarschuwde mijn man. Samen zagen we dat het trapgat in brand stond. We woonden in een bovenwoning en zaten dus als ratten in de val.”
De geur en het geknetter zijn onvergetelijk
Haar man rende naar boven om een emmer water te pakken die nog bij de droger stond. Dit was niet genoeg om de brand te blussen. Heleen zocht ondertussen de telefoon: “Ik moest 112 bellen en ging in de rook de huistelefoon zoeken. Toen ik die had gevonden, kreeg ik geen contact. Alle snoeren waren doorgebrand.” Hoewel de paniek toesloeg, wist Heleen haar mobiele telefoon te vinden. “Door de rook zag ik helemaal niets. Gelukkig vond ik mijn mobiel op de tast en kon ik 112 bellen.” De opluchting was groot bij het horen van de stem van de hulpverleners. Ze had contact met de buitenwereld. “De angst was echter groot. Zouden wij en onze hond er nog levend uitkomen? Ik was nog nooit zo bang geweest.”
Ze hadden niet veel tijd, dus gingen ze zelf proberen om buiten te komen. “Mijn man loodste mij door het brandende trapgat. Ik zal de geur en het geknetter nooit vergeten. Toen ik veilig en verdwaasd op straat stond, ging mijn man naar binnen om onze hond te redden. Hij moest door een brandende deur en ik was ontzettend bang dat het mis zou gaan. Ik was zo blij om ze beiden weer terug te zien. Het had zo anders af kunnen lopen.”
Pas buiten beseften ze de ernst
Toen ze beiden veilig buiten stonden, beseften ze pas dat ze er niet goed aan toe waren. “Ik kon amper praten van al het roet in mijn luchtwegen. Mijn man had brandwonden opgelopen tijdens het redden van onze hond. Hij had wonden op zijn voet, schouder en het ergste… op zijn handen.” Ze waren net op tijd buiten gekomen. “We werden door onze overbuurvrouw opgevangen. Toen we rustig zaten, stond onze keuken in lichterlaaie. Het werd ons duidelijk dat we niet meer in ons huis konden wonen. Veel dingen waren beschadigd en er was veel roetschade. We zijn alleen nog binnen geweest om de belangrijkste spullen te pakken.”
“Zij hadden geen rookmelder, dus we hadden het pas heel laat door”
De brand ontstond in het ondergelegen pand en was overgeslagen naar de woning. “We hadden een rookmelder, maar die ging elke keer af als ik ging koken. We hebben toen de batterijen eruit gehaald, maar zijn deze vergeten terug te plaatsen. In het pand was op het moment van de brand niemand aanwezig. Zij hadden geen rookmelder, dus we hadden het pas heel laat door.”
Omdat Heleen en haar man voor lange tijd hun huis niet in konden, verbleven ze bij haar moeder. “Het ongeluk heeft een grote impact op ons leven gehad. Mijn man kon zijn handen niet meer gebruiken en ik zat er psychisch doorheen. Ik had elke nacht nachtmerries waarin ik de brand herleefde.” Haar man kreeg fysiotherapie en is geopereerd, maar het is nooit meer helemaal goedgekomen. “Zelf heb ik hulp gehad via het werk van mijn man. Ik ben in therapie gegaan om alles te verwerken en heb de diagnose PTSS gekregen. De therapie was ontzettend zwaar. Ik moest alles herbeleven. Het was een hel. Maar het hielp wel!”
Direct rookmelders geplaatst
Na een aantal maanden konden Heleen en haar man weer terug naar hun huis. “Alles wat we hadden meegenomen uit het huis stonk naar rook. We hebben veel weggedaan. Het huis is opgeknapt en we besloten meteen om rook- en koolmonoxidemelders te plaatsen. We wilden dit niet nog een keer meemaken.”
“Koolmonoxide is ontzettend verraderlijk”
Toch ging het voor een tweede keer mis. Maar deze keer werden ze op tijd gewaarschuwd. “We merkten dat er iets aan de hand was, toen onze hond toevallen kreeg. Deze had hij al voor de brand gehad, maar in het huis van mijn moeder had hij er geen last van. Ik bleef een raar gevoel houden, dat in augustus werd bevestigd. Alle melders gingen af en we stonden voor de tweede keer in één jaar op straat.” Het ging dit keer om gevaarlijke waarden van koolmonoxide. “Achteraf bleek dat we jaren in de koolmonoxide hebben gezeten. Ik was al een tijd ziek, maar de huisarts dacht aan een griep of virus. Zo verraderlijk is koolmonoxide.” Voor de tweede keer in korte tijd verbleven Heleen en haar man bij haar moeder.
Nieuw huis, nieuwe start
Inmiddels wonen Heleen en haar man ergens anders. “We zijn verhuisd vanwege het werk van mijn man, maar ik had ook te veel nare herinneringen aan ons oude huis. Hoe mooi het ook is opgeknapt, het is nooit meer ons huis geworden. In ons nieuwe huis hebben we melders geplaatst. In onze omgeving had nog niemand een koolmonoxide- of rookmelder. Ik ben zo blij dat wij ze direct hebben geplaatst.”
“Melders hebben ons gered, anders hadden we het niet meer naverteld”
Ze raadt iedereen aan om rook- en koolmonoxidemelders te plaatsen. Zelf hebben ze een geschakeld systeem aangelegd. “Het was niet goedkoop, maar we hebben gemerkt hoe belangrijk het is. Doordat we in ieder geval bij de tweede keer wel een koolmonoxidemelder hadden, zijn we gered. Anders hadden we het niet meer naverteld.”