Saloua’s zoontje Mohammed was net één toen hij het kokendhete water uit de thermosfles over zijn beentjes en buikje kreeg. “Nooit had ik mij bedacht dat hij bij de thermoskan kon komen en die open kon krijgen.”
‘’Het was een koude woensdag in januari. We stonden op het punt van vertrekken om mijn dochtertje van school te halen. Mohammed moet op tijd zijn melk krijgen, dus ik had een thermoskan met heet water in het mandje van de buggy gelegd. Daar lag het altijd. Ineens bedacht ik mij dat de melkpoeder nog in de keuken lag. Toen ik in de keuken stond, hoorde ik ineens een harde gil. Ik dacht direct ‘dit is helemaal mis’. Ik haastte mij naar de kamer en zag mijn zoontje op de grond zitten met een lege thermoskan in zijn hand. Het hete water was over zijn beentjes en buik gestroomd. Ik raakte in paniek, maar handelde ook direct. Dat is denk ik toch het moederinstinct.’’
Verpleegkundigen ontzettend dankbaar
‘’Door mijn werk als pedagogisch medewerker en ervaring als moeder wist ik dat je zo snel mogelijk moet koelen. Ik zette mijn zoontje direct onder de douche en vroeg mijn broer, die toevallig bij mij thuis was, 112 te bellen.” Eenmaal in het Maasstad Ziekenhuis, bleek Mohammed ernstige brandwonden op zijn beentjes en buik te hebben. Hij moest vijf dagen in het brandwondencentrum blijven. “Iedere vijf dagen gingen we naar de poli om het verband te verwisselen. Dit was voor Mohammed pijnlijk. Ik gaf hem van te voren pijnstillers, om het enigszins te verlichten.’’
“Ik ben de artsen en verpleegkundigen ontzettend dankbaar. We zijn nu bijna een half jaar verder en met Mohammed gaat het goed: hij is een vrolijk, actief en lief mannetje. Eens in de vier maanden gaan we terug naar het brandwondencentrum voor controle. Soms mail ik nazorgverpleegkundige Anneke met een vraag. Ontzettend fijn dat het kan. Mohammed durfde bijvoorbeeld niet meer in de douchecabine, omdat hij dan terug dacht aan het ongeval. Door er een heel ritueel van te maken, durft hij nu weer in de douche. Ik ben zelf nog wel onzeker en angstig. En ik merk dat ik heel beschermend ben naar Mohammed. Dat heeft tijd nodig denk ik.’’
“Ik wil deze ongevallen koste wat het kost voorkomen.”
“Door routine word je soms iets minder scherp. Mohammed ligt iedere dag in de buggy en ik stopte altijd de thermoskan in het mandje. Kinderen zijn snel en slim. En wij moeders zijn soms afgeleid door bijvoorbeeld de telefoon. Voor je het weet, gaat het fout. Ik zet mij nu in om andere ouders te waarschuwen, want het kan iedereen overkomen. Ik wil deze ongevallen koste wat kost voorkomen.’’